In de slipstream van het dubbeldikke Anton
Corbijn-circus bezochten wij gistermiddag twee interessante
tentoonstellingen in het Haags Gemeentemuseum en het
aanpalende GEM/Fotomuseum. Om te beginnen de solo van Berlinde
de Bruyckere, dochter van een Belgische paardenslager en ook zelf
ambachtelijk in de weer met knoken en vlees. Van geknede en gegoten modelleerwas
welteverstaan, maar nauwelijks minder
naargeestig. We herkennen halfvergane, zowel menselijke als dierlijke
lichaamsdelen -de aders nét zichtbaar onder de doorschijnende huid- alsmede takken en bomen, samengevoegd tot installaties van soms
monumentale proporties. De lijkenlucht en de vleesvliegen mogen we er zelf bij bedenken. Het theatrale werk roept talloze associaties op met kunst en film
en is even afstotend als fascinerend. Een toeschouwer: “Nou, gezellig is het
niet!”
Vervolgens was het tijd voor de solo-presentatie What’s The Matter With Idealism? van de Schot
Charles
Avery. Een aantal monumentale, uiterst knappe tekeningen verbeeldt
het dagelijkse leven in de havenstad Onomatopoeia, gelegen in een
parallelle wereld die bevolkt wordt door magere mensen en nog magerdere honden.
Auto’s schijnt men er niet te kennen; fietsen des te meer. Nogal wat bewoners dragen kleurrijke,
geometrisch gevormde hoofddeksels: abstracte kunstwerkjes die opvallende
gelijkenissen vertonen met de 'moderne' gebouwen op de achtergrond. Het leven in Onomatopoeia is een uiterst serieuze zaak: niemand lacht er of kijkt ook maar enigszins blij, ook niet het jongetje in
het T-shirt met de opdruk We Stay Here Because We Like It. De
expositie wordt gecompleteerd met allerlei sculpturen
en overige ruimtelijke objecten die stuk voor stuk in de tekeningen
terugkomen. Alles refereert op schijnbaar logische wijze aan elkaar in deze fijne
hermetische puzzel.Daarna was het prettig toeven in de ruime studio van de Haagse lichtkunstenaar Jozef van der Horst, die ons mee terug nam naar de jaren ‘70 door enkele van zijn charmant gedateerde perspex-werken uit die tijd te laten zien - en aansluitend muziekjes van Pink Floyd te draaien.